Eindelijk op haar plek in de techniek

“Momenteel volg ik de mbo techniek opleiding eerste monteur elektrotechnische industriële installaties en systemen,” begint Olga. “Het is een niveau 3 bbl-opleiding, dus ik ga één dag in de week naar school.” De theorieles is op locatie bij Actemium in Veghel, waar Olga werkt. “Een docent van het Koning Willem I College komt naar ons toe om les te geven over de theorie.” De groep die de opleiding op deze manier volgt bestaat uit 10 studenten.

Olga heeft niet altijd in de techniek gestudeerd of gewerkt, maar wist wel dat ze ‘iets met haar handen wilden creëren en bezig wilde zijn’. Nadat ze zowel de mavo als de havo had afgerond, wist ze niet precies welke richting ze op wilde. “De exacte vakken lagen mij wel,” legt ze uit. “Scheikunde, biologie, dat vond ik reuze interessant. Ik heb toen besloten om naar het hoger laboratorium onderwijs te gaan in de richting van microbiologie.” Zo was ze in het lab toch nog met haar handen bezig.

In 1999 studeerde Olga af. Maar omdat er in Noordoost-Brabant weinig banen waren in haar richting, koos ze voor een baan in Amsterdam. “Dat heb ik een paar jaar volgehouden. Toch wilde ik erg graag terug naar Brabant,” vertelt Olga. “Ik ben toen een nieuwe studie begonnen, doktersassistent. Iets anders dan in het lab, maar toch nog wel het medische dat trok.” Ze rondde die mbo-opleiding af en ging aan de slag in een huisartsenpraktijk. Daarna ging Olga werken op de trombosedienst. “Maar vanwege de komst van nieuwe medicijnen liep het werk op de trombosedienst terug,” legt Olga uit. “Voor mij een mooi moment om de balans op te maken en te kiezen voor iets anders.” Omdat ze had gehoord over de tekorten in de techniek en de redelijk scheve verhoudingen man/vrouw, zag ze haar kans. “In feite had ik al een technische opleiding gedaan, maar niemand denkt aan techniek als je microbiologie hoort,” lacht Olga.

De keuze viel in september 2023 op haar huidige mbo-opleiding, eerste monteur elektrotechnische industriële installaties en systemen. “Dat bevalt me echt heel goed. Ik vind het heel interessant de elektrotechnische kant te leren kennen.” Olga leert panelen voor besturingssystemen te maken. “Denk bijvoorbeeld aan een elektrische tilhulp voor het bagagesysteem op Schiphol,” legt ze uit. “Dat systeem wordt aangestuurd door panelen, en die maak ik.”

Olga heeft, na een afgeronde hbo-opleiding, bewust voor een mbo-opleiding gekozen. “Hier kan ik mijn ei kwijt, doe ik wat ik leuk vind en dat is bij de keuze voor een opleiding echt het allerbelangrijkste.” Omdat ze praktisch is ingesteld, past uiteindelijk het mbo het beste bij wat ze wil. “Je vindt hier de theorie direct in de praktijk terug en dat maakt het ontzettend interessant. Als ik opnieuw zou moeten kiezen, was ik direct naar het mbo gegaan,” kijkt Olga terug.

Normaal gezien duurt de opleiding 3 jaar, maar de docent heeft het nu zo samengesteld dat de groep in 2 jaar de opleiding afrondt. “De meesten uit mijn lesgroep zijn al wat ouder en nemen zo een boel ervaring mee,” vertelt Olga. “Daarom kunnen wij de opleiding sneller doorlopen.”

Olga denkt ook al na over een vervolgopleiding. “Als ik de kans krijg van mijn werkgever, zou ik graag een mbo-opleiding op niveau 4 doen.” Haar huidige techniek opleiding is een nieuwe samenwerking tussen Actemium en Koning Willem I College. “De meeste van mijn collega’s doen een bbl-opleiding bij een andere mbo-instelling. Toen mijn werkgever voorstelde het traject te starten met het Koning Willem I College, greep ik die kans met beide handen,” vertelt Olga. Tijdens haar opleiding elektrotechniek voor volwassenen is het de bedoeling om mee te lopen bij andere disciplines binnen het bedrijf. “Ik wil bijvoorbeeld mee kijken op de mechanische werkplaats. Maar ik kan ook een medestudent laten zien hoe ik een paneel aansluit.” Kortom: je brengt je expertise over op je collega’s en andersom, een mooie wisselwerking. “Bovendien wordt er binnenkort nog een praktijkruimte geopend bij het bedrijf waar ik werk, zodat we daar ook onze praktijkopdrachten voor de opleiding kunnen realiseren.”

De mbo-opleiding techniek bevalt Olga erg goed. “We werken in de klas allemaal op ons eigen tempo en aan eigen opdrachten. Het is maatwerk.” In de klas zitten collega’s met verschillende achtergronden en van verschillende leeftijden. “Het is best een groot verschil om als 40-er bij jongens van 18 te zitten, maar gelukkig hebben we allemaal dezelfde motivatie,” vertelt Olga.

Wat Olga merkte toen ze de techniek in wilde en bedrijven aanschreef, was dat veel bedrijven terughoudend waren om haar aan te nemen. “Ze hadden vaak toch een stereotype beeld van een medewerker in de techniek. En daar voldeed ik niet aan,” lacht ze. “Ik had het gevoel dat ik me echt moest bewijzen, waarom wil ik de techniek in? Misschien zijn er wel vrouwelijke zij-instromers die zich daarom laten weerhouden om de stap te maken. Als je vaak genoeg te horen krijgt dat je niet geschikt bent, ga je misschien wel kijken bij een andere sector. Terwijl je hart wel bij de techniek ligt. Dat is zonde!” Gelukkig waren ze bij Actemium direct enthousiast en boden haar, naast haar baan, ook nog eens een mbo techniek opleiding aan.

Omdat Olga in verschillende sectoren heeft gewerkt, ziet ze ook wel een verschil. “De techniek vind ik echt een stuk gemoedelijker dan bijvoorbeeld de gezondheidszorg,” begint ze. “De medische wereld is een stuk hectischer. Je bent met heel veel verschillende dingen tegelijk bezig en dat ligt mij toch minder.” Het enige puntje van aandacht is dat er volgens Olga meer vrouwen de techniek in mogen. “Wanneer je een mooie mix hebt tussen mannen en vrouwen op de werkvloer, heb je denk ik de beste sfeer.”

Ze vindt het jammer dat ze nu pas deze stap heeft gemaakt. Maar aan de andere kant ziet ze haar leeftijd nu ook wel als een voordeel. “Ik kan beter relativeren en sta steviger in mijn schoenen. Ik weet nu echt wat ik wil.” Voor mensen die denken aan een overstap richting techniek heeft Olga eigenlijk maar één advies: ga ervoor! “Wanneer techniek je interesseert en je bent gemotiveerd om te leren, moet je het gewoon doen!”